Skip to main content

Hoarding (het overmatig verzamelen van spullen) is in veel gemeentes een probleem. Wij krijgen regelmatig vragen van ambtenaren, zorgverleners en bemoeizorgers over hoarding (en ernstige vervuiling). Want wat houdt het in en welke rol kunnen zorgverleners of overheden hierin pakken?

In de Nederlandse wetgeving zijn bevoegdheden aan de gemeente toebedeeld om in gevallen van hoarding in te kunnen grijpen. Dat moet uiteraard altijd uiterst zorgvuldig gebeuren, zodat de belangen van alle betrokkenen gewaarborgd zijn. Maar wanneer grijp je in? We krijgen veel vragen over (handhaving bij) hoarding en vertellen hieronder over de drie vragen die we het vaakst krijgen:

1.     Wat is hoarding?

Bij hoarding gaat al snel de aandacht naar de woning. Die staat vol met spullen. Vaak zijn er zoveel spullen in een woning aanwezig dat van normaal wonen geen sprake meer is. De overvolle woning is echter slechts een symptoom.

Hoarding, ook wel verzamelstoornis genoemd, is de officieel erkende aandoening waar de bewoner aan lijdt. Het is een geestesziekte die zich manifesteert in een sterke behoefte zaken te bewaren. Een hoarder kan oprecht lijden ervaren wanneer hij spullen moet wegdoen. Het is dus erg belangrijk om niet alleen de woning op te ruimen en schoon te maken, maar ook veel aandacht te besteden aan de persoon in kwestie. Daar schuilt de oorzaak van de volle woning. Nazorg en begeleiding voor de persoon in kwestie zijn van groot belang.

2.     Hoe bepaal je of er een gevaarlijke woonsituatie is ontstaan als gevolg van hoarding?

Dat blijft lastig, want mensen ervaren een situatie allemaal anders. Om het objectief te maken werken wij met matrixen van foto’s waarmee de situatie in een woning kan worden vergeleken met een normale situatie. Daaruit volgt een ‘rapportcijfer’. Als dat rapportcijfer onvoldoende is, is dat reden tot zorg. Op deze manier kan objectief worden vastgesteld of er sprake is van een onveilige woonsituatie, wat de mate van onveiligheid is en daar uitvloeiend voor welke aanpak gekozen moet worden.

3.     Wat maakt het uit dat iemand in een overvolle woning woont, iedereen mag toch leven zoals hij wil?

In Nederland hebben wij veel vrijheden. De overheid kan ingrijpen wanneer iemand een gevaar voor zichzelf is en wanneer de vrijheden van de één de belangen, rechten of vrijheden van een ander raken. Hoarding is hier een voorbeeld van. Een overvolle woning kan brandgevaarlijk zijn, bijvoorbeeld als het de woning naast de jouwe is. Bij brand kan iemand zichzelf of huisgenoten niet redden en de brandweer kan de woning niet goed betreden en heeft last van alle spullen die in brand vliegen. Hierdoor moet de brandweer soms besluiten niet op te treden, omdat het risico voor de medewerkers te groot is. Hoarding kan mensenlevens kosten!

Er moet altijd een zorgvuldige afweging gemaakt worden, want ingrijpen in een woning is ingrijpen in iemands privéleven. En dat mag slechts bij hoge uitzondering!

Oosterveen & de Groot is specialist op het gebied van de aanpak van hoarding. Wij hebben al veel gemeentes geholpen met de aanpak ervan en geven regelmatig les aan en ondersteunen ambtenaren, zorgverleners, bemoeizorgers over hoarding (en ernstige vervuiling).

Heb je vragen over onze diensten m.b.t. hoarding en vervuiling, neem dan contact met ons op via hoarding@oosterveendegroot.nl of via onze hoardinghulplijn: 085 0049 949

Neem contact op met

Douwe Oosterveen

Eigenaar en mediator

Heb je een vraag of kom je er niet uit?
Neem gratis contact met ons op: 085 004 9900
of mail naar douwe@oosterveendegroot.nl

Vrijblijvend contact